Scheurbuik
Goede voeding i.r.t. de Germaanse geneeskunde
Scheurbuik (scorbutus) is een ziektebeeld dat bestaat uit een bont palet aan symptomen, van onder meer zwellingen en bloedingen van het tandvlees, slecht helende wonden, algehele zwakte, pijnlijke ledematen en inwendige bloedingen, vaak m.b.t. de darmen. Scheurbuik werd veel waargenomen op de middeleeuwse scheepvaart.
In het begin dacht men dat de ziekte werd veroorzaakt door virussen of bacteriën, waarmee de bemanning elkaar aanstak. Later ontdekte men dat eenzijdige voeding, vooral een gebrek aan vitamine C, de oorzaak was. Toch kreeg niet iedereen scheurbuik. En waarom specifiek die symptomen en bijvoorbeeld veel minder vaak hart- of longklachten? Waarom kwam scheurbuik nadien nog steeds voor en waarom krijgen ook mensen die wél gevarieerd eten scheurbuikachtige symptomen?
In de Germaanse geneeskunde vormen de psyche, de hersenen en de organen één biologische unit en doet het lichaam, AANGESTUURD vanuit een specifiek relais in de hersenen, aanpassingen op (extreme) vormen van stress en gevaar. Tijdens de helingsfase worden die aanpassingen weer hersteld. Goede voeding maakt iemand weerbaarder tegen stress en sterker tijdens een helingsfase, waardoor de overlevingskans toeneemt, maar ziektes (wat in de Germaanse overlevingsprogramma’s zijn) voorkomen kan goede voeding niet.
Ter zake! Op de middeleeuwse schepen zaten veel mensen lange tijd met weinig ruimte dicht op elkaar. Vast en zeker was er sprake van veel spanningen en conflicten, in combinatie met het simpele gegeven dat men “geen kant op kon”.
TANDEN
Zo goed als alle problemen met de tanden en de kaak worden veroorzaakt door “niet van je af kunnen (tandbeen) of mogen (tandglazuur) bijten. Om het leven op de boot leefbaar te houden golden strenge regels! Tijdens de conflictactieve fase trekt het tandvlees zich ook terug, waardoor de hals van de tand zichtbaar langer wordt, waardoor je je tanden beter kunt laten zien. Bij langdurige conflictactiviteit kan dat leiden tot een instabiele tand (periodontose) en bloedend tandvlees. Tijdens de helingfase zien we gingivitis met zwelling.
BENEN
Het geen kant op kunnen, op die paar vierkante meter, leidt tot eigenwaarde-inbreuk conflicten van “niet kunnen ontsnappen” met betrekking tot de bloedvaten en de spieren, aangestuurd vanuit het hersenmerg en de motorische cortex. Dr. Hamer noemde het conflict m.b.t. de beenaderen specifiek een “blok aan het been conflict” (“Klotz am Bein”), dat wordt ervaren als een beperking in de bewegingsvrijheid. Tijdens de stressfase zien we celverlies van de bloedvatwand en spieratrofie of uitval, met bloedingen en algehele spierzwakte. De helingsfase wordt gekenmerkt door pijn en, ook hier, bloedingen. Over spataderen en rustelozebenensyndroom vind ik bij scheurbuik niets, maar vast en zeker waren ze er, aangezien dit ook typische (helings)symptomen zijn van deze thematiek.
INTERNE BLOEDINGEN (VAN DE DARMEN)
De darmen houden verband met “onverteerbare brokconflicten”, wat ook in overdrachtelijke zin kan worden ervaren als ergernissen die als “onverteerbaar” worden beschouwd. Je hoeft niet veel verbeeldingskracht te hebben om je dit voor te kunnen stellen op die schepen. Tijdens de helingfase van diverse “darmprogramma’s” vinden we bloed in de ontlasting.
SLECHT HELENDE WONDEN
Slecht helende wonden wijt ik aan slechte voeding, maar voet– en beenulcera (“open been”) ontstaan in het licht van de Germaanse wanneer de Biologische Speciaalprogramma’s van de opperhuid (scheidingsconflict) en het botvlies (ernstig scheidingsconflict), tegelijkertijd lopen, met regelmatige terugvallen in het conflict, door het gescheiden zijn van geliefden, of juist het gescheiden wíllen zijn van mede-opvarenden. Een algehele eigenwaarde-inbreuk, met verlies van bloedproducerende beenmergcellen (“panmyelophthisis”) tijdens de conflictactieve fase bevordert het herstel van wonden evenmin. Vermoeidheid is een algeheel symptoom van iedere helingsfase.
De angst en onzekerheid bij dit soort kwalen bij de bemanningsleden deed het herstel vaak geen goed en dat is vandaag de dag bij de meeste mensen nog niet heel anders. De medische “wetenschap” mag dan in technische zin vooruitgang boeken, wat vertrouwen inboezemt en soms hebben we ze ook echt nodig, maar over het algemeen komen de “specialisten” nog steeds niet veel verder dan ordinaire symptoombestrijding en leven de meeste mensen in angst, mede door de angstpropaganda via de reguliere kanalen. Maar nu leren we langzamerhand de Germaanse geneeskunde kennen en daarmee hoe ons lichaam biologisch reageert op stress, waarmee alles in een nieuw daglicht komt te staan en we aan onze symptomen kunnen aflezen wat we zouden moeten veranderen in ons leven, in praktische zin of – op zijn minst – in onze perceptie, om het lichaam een kans te geven op herstel.
Dat noem ik pas geneeskunde!